Armoedetoets: zou dit werken voor personen met een handicap?

Op 30 mei 2016 organiseerde de Sociaal-Economische Raad voor Vlaanderen (SERV) een studiemoment over de armoedetoets met Hilde Linssen van het Netwerk tegen armoede. Zij gaf een toelichting voor werkgevers, vakbonden en andere middenveldorganisaties.

De armoedetoets wordt al enkele jaren toegepast en uitgevoerd door de administratie, de betrokken kabinetten, het netwerk tegen armoede. Ook wetenschappers worden betrokken in deze uitvoering.

Bedoeling is om met de armoedetoets een meting te doen van de effecten van nieuw of ook bestaand beleid. Het is dus een instrument dat probeert te meten in hoeverre de armoede afneemt door nieuwe maatregelen.

foto van een arm huishouden

Wat is dat, een armoedetoets?

foto van een arm huishouden

Een armoedetoets wordt gebruikt om een effect te meten van beleidswijzigingen, beleid dat uitgevoerd wordt. Er zijn drie spelers in de opmaak van zo'n armoedetoets: er komt ervaringskennis vanuit het netwerk armoede naast wetenschappelijke input en teksten van de administratie en/of kabinet. Het belangrijkste is dat de armoede niet stijgt (negatief) of daalt (positief) door het nieuwe beleid dat wordt opgemaakt en uitgewerkt. Belangrijke randvoorwaarden zijn wel dat de administratie verantwoordelijk blijft voor beleidsontwikkeling. Ook dat er een goede fundering kan gebeuren, dat betekent dat ervaringen en gesprekken als basis dienen voor de effectmeting. Er is ook nood aan voldoende tijd en middelen, zodat een armoedetoets impact heeft op de beleidsontwikkeling.

Zijn er al armoedetoetsen geweest?

Er zijn al een aantal afgeronde toetsen, rond watertarief en decreet op de sportfederaties. En er zijn ook een aantal lopende toetsen, rond de Vlaamse sociale bescherming, het jeugdrecht, hervorming sociaal-cultureel werk, toerisme voor allen, kinderbijslag, hervorming van de CLB’s, lokaal sociaal beleid en hervorming van het volwassenenonderwijs.
Dit gaat over Vlaamse thema's, want het netwerk werkt in Vlaanderen en Brussel. Toch zijn er ook andere plaatsen waar de armoedetoets wordt gebruikt, bijvoorbeeld in de Stad Brugge en bij de Vlaamse Gemeenschapscommissie, waar het ging over gezondheidspromotie en hervorming bij personen met een handicap.

iemand die geld telt

Wie beslist welke armoedetoetsen er gebeuren?

iemand die geld telt

De lijst van armoedetoetsen wordt elke nieuwe legislatuur opgemaakt. De Vlaamse regering legt de lijst vast. Nu is dat gebeurt voor de periode van 2014 tot 2019. Deze lijst is een bijlage aan het Vlaams actieplan tegen armoede (VAPA). Er zijn ook nog toevoegingen mogelijk, via een ambtenaar die een quick-scan invult, of het netwerk tegen armoede dat vind dat er een armoedetoets moet komen rond een onderwerp, of ambtenaren en/of kabinetsmedewerkers die een effectmeting voorzien in de beleidsontwikkeling. Het is immers geen limitatieve lijst. Normaal kan er geen beslissing genomen worden op een Vlaamse ministerraad zonder die armoedetoets.

Hoe werkt dat, een armoedetoets?

De werkwijze is verschillend per toets. Belangrijk zijn wel de afstemming over afspraken, verwachtingen, kader tussen de verschillende partijen aan tafel. Er moet een goede samenwerking en motivatie zijn van administratie, kabinet, netwerk tegen armoede en wetenschappers die werken rond het thema dat aan bod komt. Er is ook beleidsruimte nodig om dit proces mogelijk te maken. Dat vraagt ook voldoende tijd en middelen om de kwaliteit van de effectmeting hoog te houden. Eén van de belangrijke aandachtspunten is dat het geleverde werk niet verdwijnt. Daarom is een toevoeging in documenten, bijvoorbeeld in de parlementaire documenten bij de ontwikkeling van een nieuw beleid, van belang.

Wat is ervaringskennis?

Ervaringskennis levert een inzicht op rond het effect van beleidsmaatregelen. Belangrijk is wel dat de meting integraal, over alle beleidsdomeinen heen, en met een lange termijnperspectief gebeurt. Een goed proces zorgt voor vertaling van de ervaringen naar het beleid, en de vertaling van regels naar de ervaringen. Ervaringen vallen immers niet samen met regelgeving en omgekeerd. En niet iedereen ziet direct het verband tussen die twee werelden. Maar het is wel goed dat iedereen mekaar begrijpt. Daarom is ook het proces van groot belang. Het eindproduct kan maar goed zijn als er veel aandacht is voor het traject dat moet worden afgelegd. In de opbouw van ervaringskennis is ook meten in kwalitatieve zin en in kwantitatieve zin van belang. Cijfers zijn dus nodig, maar onvoldoende om een goede effectmeting te kunnen uitwerken. Als sluitstuk van een goede opbouw van ervaringskennis is de opvolging en evaluatie van beleid nodig. Ervaringskennis moet ook verder worden opgebouwd door zicht te krijgen op wat nu al gebeurt.

Is de armoedetoets een goed instrument?

De armoedetoets en de reguleringsimpactanalyse (RIA) sporen niet altijd goed met mekaar. Het invullen van een RIA eindigt soms in een puur bureaucratisch invullen. Een soort van verplichte oefening. En dan krijgt ook de armoedetoets geen plaats in beleidsontwikkeling. Dan zien de andere partijen alleen maar de ballast van de oefening en niet de meerwaarde.  Essentieel is ook dat iedereen volledige informatie ter beschikking heeft. Het netwerk tegen armoede is een netwerk van armoedeverenigingen. En dit netwerk kan niet de opdrachten opnemen die bijvoorbeeld door wetenschappers moeten worden ingevuld. Maar daar zijn dan weer middelen voor nodig, en de steunpunten worden niet allemaal in stand gehouden. Een goede aanvulling op de armoedetoets, en soms ook een gevolg van een vruchtbaar proces zijn constructieve beleidsvoorstellen van mensen in armoede. Beleid wordt beter als dat kan.

Wat hebben we onthouden uit deze workshop?

Er is een zeer smalle lijn tussen aanbevelingen en effectmeting in de armoedetoets. Het onderscheid tussen "neutrale" aanbevelingen en oplijsten van het effect van beleid is niet altijd even eenvoudig duidelijk te houden. Ook beleidsruimte is belangrijk om een armoedetoets goed te laten lopen en afwerken. Als die beleidsruimte er niet dan heb je onvoldoende middelen, tijd, aandacht om het af te leggen traject goed in te vullen en dan is het resultaat ook navenant. De beleidsmakers moeten ook overtuigd zijn van de waarde van zo'n armoedetoets en dat komt soms onder druk.

meer informatie: armoedetoets, op de website van het netwerk tegen armoede

Gerelateerde artikels

Gelijke kansenbeleid Handicaprapport Handicaprapport Langverwacht rapport over de maatschappelijke positie en participatie van personen met een handicap gepubliceerd. 19 jan 2022 / Katrijn Ruts Gelijke kansenbeleid Mensenrechten Inclusie in de Grondwet Inclusie in de Grondwet Er is nood aan een grondwetswijziging om de rechten van personen met een handicap te waarborgen. 02 dec 2020 / Patrick Vandelanotte Gelijke kansenbeleid Mensenrechten Studie: Inclusie in de Constitutie Studie: Inclusie in de Constitutie «Art. 22ter. Iedere persoon met een handicap heeft recht op volledige inclusie in de samenleving, met inbegrip van het recht op redelijke aanpassingen. De wet, het decreet of de in artikel 134 bedoeld ... 02 dec 2020 / Patrick Vandelanotte "Gelijkekansenorganisaties juist broodnodig voor inclusie!" "Gelijkekansenorganisaties juist broodnodig voor inclusie!" In de regeringsonderhandelingen wordt het nut en voortbestaan van gelijkekansenorganisaties in vraag gesteld. Vandaag een reactie daarop in de pers. 04 sep 2019 / Katrijn Ruts Gelijke kansenbeleid Persbericht GRIP Inclusiespiegel Vlaanderen 2016 Persbericht GRIP Inclusiespiegel Vlaanderen 2016 Cijfers handicap benadrukken strukturele kloof. "Beleid moet in de inclusiespiegel durven kijken". 30 jun 2017 / Katrijn Ruts Gelijke kansenbeleid Inclusiespiegel Vlaanderen Inclusiespiegel Vlaanderen Hoe staat het met de inclusie van personen met een handicap? Om dat te vatten zijn er in de eerste plaats de juiste cijfers nodig! GRIP deed in 2006 een voorzet met haar Inclusiespiegel Vlaanderen en ... 16 nov 2015 / Katrijn Ruts Gelijke kansenbeleid Uw VRIND 2014? - welke vrind? Uw VRIND 2014? - welke vrind? Eind november publiceerde de Vlaamse overheid een overzicht van alle beschikbare cijfers rond de ontwikkeling van Vlaanderen in 2014. Deze publicatie heet Vlaamse Regionale Indicatoren 2014, dus VRIND ... 15 dec 2014 / Katrijn Ruts
Verberg submenu