Wij keken naar Down the road
Vlaanderen keek massaal naar de acht afleveringen van de tweede editie van ‘Down the road’, waarbij Dieter Coppens met zes mensen met het syndroom van Down een road- trip maakte doorheen Zuid – Afrika. Ook wij keken mee en sprokkelden reacties en formuleren enkele bedenkingen.
Veerle Beel schreef in De Standaard van 04.03.2019: “zes keer down, zes keer anders” waarbij ze opmerkte dat mensen met down niet allemaal hetzelfde zijn. Ze stelt dat dit programma ons toont dat zij veel meer kunnen dan men denkt, ze wel wat hulp nodig hebben, ze nadenken over hun beperking en rechttoe, rechtaan kortom puur zijn. Down the road zet in op een positieve beeldvorming over mensen met down.
Laat ons toe om vanuit GRIP de kanttekening toe te voegen dat de deelnemers voor dit programma geselecteerd werden op hun tv-geniek zijn en op hun mate van zelfstandigheid. Bewijze ook de open lezersbrief begin april waarbij Johanna Huylenbroeck, de mama van Cyriel (6j) een jongen met down, stelde dat we op TV niet de volledig realiteit zagen, dat het thuis en op school er vaak helemaal anders aan toe gaat. Om naar een gewone school te kunnen gaan is er veel meer ondersteuning nodig dan deze welke nu gegeven wordt. Deze lezersbrief nuanceert het beeld van mensen met down dat het programma ‘down the road ‘ bracht.
Als we binnen GRIP kijken hoe handicap door de media in beeld gebracht wordt, dan gebruiken we voor deze analyse als kapstok de framing van Tina Goethals. (RUG). Objectief kunnen we stellen dat de makers van Down the Road en Dieter Coppens als presentator niet de fout maakten om een stereotiepe beeld van problematisering te brengen noch te stellen dat handicap geen probleem is.
Down the road ontroerde en leerde Vlaanderen het onbegrip tegenover mensen met een beperking wegnemen. Kevin zagen we nadien terug tijdens de warmste week en Maud toen zij op 26 mei ging stemmen. Op die manier krijgen ze een beetje een BV-status en kunnen zij als rolmodel veel betekenen voor anderen met een beperking. Het succes van Down the road leefde nadien verder via de (sociale) media via spotjes, artikels, foto’s. Een massa aan positieve informatie die spijtig genoeg niet altijd geduid werd. Bijvoorbeeld werken mensen met down steeds als vrijwilliger maar niet via een betaalde job.
Subjectief blijft het gevoel hangen dat ‘down the road’ televisie was met een groot knuffelgehalte. Bij personen met Downsyndroom gaat men vaak ‘emo’ uitvergroten, wat op zich leidt tot stereotypering. “ Ze zijn zo lief” Het is leuk voor een klein kind om als ‘ lief’ bevonden te worden, maar als volwassen wil je wel als volwassen behandeld en aangesproken worden.
We vernamen dat een derde reeks ‘down the road’ in de steigers staat. GRIP kijkt met volle verwachting uit naar programma’s waar personen met een beperking aan meedoen en waarbij zij bijvoorbeeld niet de enige zijn met een beperking. Wij zijn er van overtuigd dat ook dit boeiende tv kan opleveren.