Ministers laten veertigers, vijftigers en zestigers jaren in rusthuizen zitten.
Joke (40) en Herman (62) wonen in een woonzorgcentrum omdat ze op de wachtlijst staan voor een PVB. GRIP sprak met hen.
JOKE
Joke Mariman (40 jaar) getuigde 2 maanden geleden in een reportage op Terzake (5 minuten). https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2020/09/24/40-jaar-en-door-gebrek-aan-hulp-in-woonzorgcentrum-ik-weet-nie/
GRIP: Joke, als organisatie die opkomt voor het recht op zelfbeschikking en inclusie heeft de reportage ons erg geraakt.
Joke: Ik heb dat nog gehoord van mensen die de reportage hebben gezien. In het woonzorgcentrum is de persoonlijke keuzevrijheid sterk beknot. Veel mensen beseffen niet hoe dat voelt en wat het doet met een mens. Leven op het ritme van een woonzorgcentrum, dat is vroeg gaan slapen, eten wat de pot schaft, en naar het toilet gaan wanneer een druk bezette verpleegster tijd heeft om langs te komen, zeg ik in de reportage.
GRIP: Werd dit door corona nog lastiger?
Joke: Ja zeker. Je kan heel weinig bepalen. Het is ook beangstigend. Ik heb geen controle over mijn ondersteuning. Mijn verzorgers gaan van bewoner tot bewoner.
GRIP: Je staat op de wachtlijst voor een persoonsvolgend budget. Hoe zou zo’n budget je situatie veranderen?
Joke: Als ik in een assistentiewoning zou wonen en mijn eigen persoonsvolgend budget zou kunnen inzetten, dan zou ik zelf kunnen kiezen wie mij assisteert, wanneer, waarvoor. Ik zou met mijn persoonlijke assistenten afspraken kunnen maken, ik zou me veiliger voelen. Hoe langer ik hier trouwens nog in het woonzorgcentrum moet blijven, hoe moeilijker het wordt om terug zelfstandig te gaan wonen. Door mijn bindweefselziekte gaat mijn zelfredzaamheid steeds achteruit.
GRIP: Minister Beke zei in de Commissie Welzijn dat er 1919 mensen met een handicap jonger dan 65 jaar in een woonzorgcentrum wonen. Je bent dus niet de enige.
Joke: Nee, dat klopt. Ik heb dat verslag van die bespreking in het parlement ook gelezen. Maar het geeft mij geen hoop dat dit is aangekaart in het parlement. Integendeel, ik merk geen daadkracht bij de minister om iets te doen. Ik overweeg om een rechtszaak aan te spannen. Ik ben ten einde raad.
HERMAN
Ook Herman Hillen (62 jaar) woont noodgedwongen in een woonzorgcentrum omdat hij op de wachtlijst staat voor een persoonsvolgend budget voor ondersteuning. Al 3 jaar. Hij getuigde er deze zomer over op sociaal.net. https://sociaal.net/verhaal/een-handicap-maar-geen-persoonsvolgend-budget/
GRIP: Herman, ook jij liet al duidelijk van je horen de afgelopen maanden.
Herman: “Al snel na het begin van de COVID-19-crisis kwam de overheid met geld over de brug voor noodlijdende restaurants, café's en winkels die geen inkomen/omzet meer hadden omdat ze hun zaak moesten sluiten... terwijl wij, mensen met een ongeneeslijke handicap, een hele procedure moeten doorlopen, lange wachttijden moeten respecteren in de hoop een goedkeuring te krijgen voor een levensnoodzakelijk ondersteuningsbudget. Om een leven te hebben dus eigenlijk. De overheid bewijst hiermee dat er wel geld is. "Plots is er voor vanalles en nog wat geld, maar niet voor mijn persoonsvolgend budget”, was de titel van mijn lezersbrief in Humo. Dat was al 6 maanden geleden. Ik heb toen ook een brief geschreven naar een aantal ministers, zoals minister Beke en minister Diependaele.
GRIP: Hoe reageerden ze?
Herman: Ik vond het teleurstellend. Ze antwoordden ontwijkend en zeggen dat er niets aan te doen is. Ik heb verzorging en een dak boven mijn hoofd en moet dus wachten en zwijgen, maar dat doe ik niet, opzettelijk. Ik vind dat een gevaarlijke houding, voor ons, maar ook voor iedereen in de samenleving.
GRIP: Hoe bedoel je?
Herman: Toen een paar weken geleden iedereen vreesde dat de gezondheidszorg zou crashen, wees zelfs Steven Van Gucht naar de woonzorgcentra. Ze hoopten dat er niet te veel uitbraken zouden zijn. Dat zou de doodsteek kunnen betekenen. De woonzorgcentra lijken wel de achillespees van het coronabeleid. Moet men dan niet alles op alles zetten om het aantal mensen dat er moet verblijven te verminderen? Ik snap niet dat men dat niet ziet. De belasting van onze gezondheidszorg, dat is toch een probleem voor iedereen?
GRIP: Hoe dringend is het voor jou om je persoonsvolgend budget te krijgen?
Herman: Het is voor mij vijf over twaalf. Ik put elke maand 500 euro extra uit mijn spaargeld om het rusthuis te betalen. Hoe langer ik er woon, hoe moeilijker het zal zijn om ooit weer een gewoon leven op te starten.
GRIP: Op sociaal.net vertel je over de apathie die je overvalt door het leven in het rusthuis.
Herman: Ja. Dat kan je alleen maar begrijpen als je het meemaakt, denk ik. Maar er zijn ook die harde cijfers. De strop rond mijn nek wordt alsmaar strakker. Over een paar jaar is ze finaal aangespannen. De helft van mijn spaarcenten zijn op. Ik ben gisteren naar de bank geweest om de rest van mijn geld vrij te maken. Als dat op is, kan ik zelf niets meer betalen boven mijn pensioen. Dan ben ik financieel volledig afhankelijk van het OCMW, waar ik 30 jaar voor gewerkt heb. Ik krijg dan nog net 93 euro per maand van de instelling om ‘vrij’ te besteden. Dat lijkt een ondraaglijke gedachte.
GRIP: Het kan snel keren in het leven?
Herman: Ja. Ik ben altijd spaarzaam geweest en heb daardoor nooit geld tekort gehad. Nu stort de nalatigheid van onze ministers mij in armoede. Door mijn langdurig verblijf in het rusthuis wordt mijn geld erdoor gejaagd. Daar protesteer ik tegen.
WAT VINDT GRIP?
Als mensenrechtenorganisatie van personen met een handicap is GRIP sterk verontrust. De situatie is duidelijk: honderden mensen met een handicap die jonger zijn dan 65 jaar zitten vast in woonzorgcentra. Te veel mensen moeten noodgedwongen in een woonzorgcentrum wonen. Dat komt vaak door gebrek aan voldoende ondersteuning en een betaalbare aangepaste woonst. Dit lot treft zelfs honderden mensen met een handicap jonger dan 65 jaar. Nochtans zouden zij met een persoonsvolgend budget de stap kunnen zetten om het woonzorgcentrum te verlaten.
Geen gehoor bij Wouter Beke
Maar zelfs na 8 maanden coronacrisis waarbij de rechten van de bewoners van de woonzorgcentra geschonden werden, vindt Minister Beke hun situatie niet dringend genoeg. “Zij hebben een dak boven hun hoofd en verzorging”, redeneert hij. Zij passen niet in de systemen waardoor mensen onmiddellijk een persoonsvolgend budget kunnen krijgen. GRIP vind dat een noodgedwongen situatie van institutionalisering aanleiding moet kunnen geven tot onmiddellijke toekenning van een persoonsvolgend budget zodat mensen er uit kunnen.
Ook Matthias Diependaele heeft belangrijke sleutels in handen
Ook van de minister van Wonen Matthias Diependaele verwachten we duidelijke stappen ter ondersteuning van het recht op wonen in de maatschappij van personen met een handicap. De toegang tot een aangepaste en betaalbare woning zou verzekerd moeten zijn. Dat is momenteel niet het geval. Vanuit zijn positie als Begrotingsminister zou hij aandacht kunnen eisen voor coronabudgetten om mensen in hun eigen kot te kunnen laten wonen, met ondersteuning.
Oproep
Onze oproep aan de bevoegde ministers: haal hen eruit en zorg zo voor minder mensen in de woonzorgcentra. Dat verlaagt de druk op het personeel en op de ziekenhuizen. Bovendien is het hun recht.
Personeel
In het debat over de woonzorgcentra wordt er gemakkelijk gepleit voor meer verzorgers voor de woonzorgcentra maar niet voor meer persoonlijke assistenten om te ondersteunen bij een leven in de maatschappij. Men moet ook omgekeerd durven denken en doen. Persoonsvolgende budgetten geven aan wie op de wachtlijst staat, is een evidente maatregel die men vandaag kan nemen.
Waar wacht de Vlaamse regering op?