Persbericht: M-decreet goedgekeurd
Het Vlaams parlement keurde het M-decreet goed. GRIP wijst er in een persbericht op dat dit M-decreet geen recht voorziet op inclusief onderwijs en dus in strijd is met het VN-Verdrag inzake de Rechten van Personen met een Handicap.
PERSBERICHT GRIP 12 MAART 2014:
M-DECREET GOEDGEKEURD: INCLUSIEF ONDERWIJS BLIJFT EEN GUNST
Het Vlaams parlement keurt onderwijsdecreet goed dat ingaat tegen het VN-Verdrag inzake de Rechten van Personen met een Handicap
Het Vlaams parlement keurde vandaag (12 maart 2014) het M-decreet goed (decreet maatregelen voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften’). Dit decreet wordt aangebracht als een belangrijke stap om inclusief onderwijs waar te maken. De burgerrechtenorganisatie Gelijke Kansen voor Iedere Persoon met een handicap (GRIP) is evenwel zwaar ontgoocheld en heeft het over pure discriminatie. Voor GRIP horen alle leerlingen hetzelfde recht te hebben op redelijke aanpassingen. Het M-decreet voorziet echter geen inschrijvingsrecht voor leerlingen die het gemeenschappelijk curriculum niet volgen en is daarom in strijd met het VN-Verdrag inzake de Rechten van Personen met een handicap (VRPH). Zo luidt ook het advies voor het Centrum voor Gelijkheid van Kansen en voor Racismebestrijding dat men op deze manier naast zich legt.
Voor wie het gemeenschappelijk curriculum niet volgt, is inclusief onderwijs volgens het M-decreet een gunst, geen recht.
Het decreet heeft de lovenswaardige bedoeling om het stijgend aantal doorverwijzingen naar het buitengewoon onderwijs in te dijken. Scholen ‘gewoon onderwijs’ worden voor hun verantwoordelijkheid geplaatst om de nodige redelijke aanpassingen te nemen voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften. Maar wanneer een leerling het gemeenschappelijk curriculum (‘de eindtermen’) niet meer volgt, wat vaak eigen is aan inclusief onderwijs, is dit een voldoende reden voor een gewone school om een leerling te weigeren. Op die manier is inclusief onderwijs dus een gunst, geen recht.
Pascal Smet maakte dit ook duidelijk in de commissie onderwijs van 21 februari: ‘Slechts als aangetoond wordt dat een kind de finaliteit van het gemeenschappelijk curriculum niet haalt, geldt de bijzondere inschrijvingsregel. Op dat moment wordt er overlegd tussen de klassenraad en de ouders over een eventueel aangepast curriculum. In vele gevallen zal het kind toch een plaats krijgen, maar het is geen recht’.
In strijd met het VN-Verdrag inzake de Rechten van Personen met een Handicap
België ratificeerde in 2009 het VN-Verdrag inzake de Rechten van Personen met een Handicap. Onder artikel 24 legt dit Verdrag vast dat leerlingen met een handicap recht hebben op inclusief onderwijs. Het is duidelijk dat dit decreet niet tegemoet komt aan de verplichtingen die voortvloeien uit het VRPH. Het VRPH stelt immers dat alle leerlingen, ongeacht de aard of graad van hun handicap, recht hebben op redelijke aanpassingen. Nergens heeft het VRPH het over het gemeenschappelijk curriculum. In tegendeel, het VRPH wijst juist op de noodzaak van curriculumaanpassingen.
Niet de goede manier om inclusief onderwijs waar te maken
Inge Ranschaert van GRIP vzw: ‘Dit decreet is niet de juiste manier om inclusief onderwijs waar te maken. Men kiest niet resoluut voor inclusie. Wanneer leerlingen met een handicap nood hebben aan een individueel curriculum, zullen scholen het met dit decreet nog makkelijker hebben om hen te weigeren. We menen dat dit decreet eerder een rem dan een stimulans zal betekenen.’
Bovendien wordt bijkomende financiering voor ondersteuning in het gewoon onderwijs door dit decreet niet voorzien, waardoor dit decreet ouders en leerlingen geen evenwaardige keuzemogelijkheid biedt.
Geen recht op het beste onderwijs?
Vorige week nog werd door Gert De Graaf (in een proefschrift aan de Universiteit Gent) naar voor gebracht dat leerlingen met Downsyndroom makkelijker vooruitgang boeken in de gewone school. Het is dan ook onbegrijpelijk dat juist die leerlingen door het M-decreet worden uitgesloten van het recht op inclusief onderwijs.
Onderwijskoepels en vakbonden houden inclusief onderwijs tegen
Het is duidelijk dat de Vlaamse regering hier zwaar onder druk is gezet door de onderwijskoepels en de vakbonden, die inclusief onderwijs niet genegen zijn. Hun standpunt van bij de aanvang van de onderhandelingen was dat een inschrijving inclusief onderwijs, omwille van de pedagogische vrijheid, afhangt van de goedkeuring van de school. Zij halen dus hun slag thuis.