Discussie M-decreet: vooruit of achteruit met inclusief onderwijs?

Onderwijs Mensenrechten Discussie M-decreet: vooruit of achteruit met inclusief onderwijs?

Heel wat discussie over het M-decreet. Moeten we nu op het vlak van inclusie stappen vooruit of achteruit zetten?

Volle gas vooruit!

GRIP moedigt het beleid aan om werk te maken van inclusief onderwijs. We hebben een duidelijke mening over hoe het nu loopt met het M-decreet: het M-decreet was een belangrijk en nodig keerpunt, maar het M-decreet volstaat niet om kwalitatief inclusief onderwijs waar te maken. We spreken dan ook over het M-decreet als “inclusie light”. Knelpunten zijn onder meer het tekort aan middelen voor ondersteuning, een inschrijvingsrecht dat te zwak staat en het ontbreken van een afstemming met welzijn om meer PAB’s in te zetten voor inclusief onderwijs. Onze inschatting van het M-decreet en het huidig onderwijsbeleid als ondermaats, werd recent nog bijgetreden door het Europees Comité voor Sociale Rechten, een orgaan van de Raad van Europa. Om het recht op inclusief onderwijs waar te maken is er dus nood aan een versnelling hoger schakelen, een steviger plan. Dus: volle gas vooruit voor inclusief onderwijs.

Fors bijsturen = achteruit

Vandaag (12 april) komt Koen Daniëls, onderwijsspecialist van N-VA, naar buiten met het standpunt dat het M-decreet moet teruggeschroefd worden. Hij wil het M-decreet fors bijsturen zodat leerlingen sneller naar het buitengewoon onderwijs gestuurd worden. Hoe men bij de N-VA denkt over inclusief onderwijs voor leerlingen met een handicap maakt hij ook meteen duidelijk: “Leerlingen die bijkomende noden hebben, gaan we niet helpen met wat meer ondersteuning. Zij moeten kunnen teruggaan naar het buitengewoon onderwijs, waar de expertise wel continu aanwezig is.” N-VA gaat daarmee dus volledig in tegen het oordeel van het Europees Comité voor Sociale Rechten. Maar dat konden we vorige week al horen bij Peter De Roover: “Misschien moeten we gewoon dat VN-Verdrag waarop de inclusiefundamentalisten zich baseren herzien.”

Politiek debat

Inclusief onderwijs en het M-decreet zijn dus terug onderwerp van politiek debat. Minister Crevits reageerde defensief op de uitspraak van het Europees Comité voor Sociale Rechten: ze gaat niet akkoord met de stelling dat Vlaanderen het recht op inclusief onderwijs schendt. Wel gaf ze aan oor te hebben naar de nood aan een beroepsprocedure bij weigering. Ze wou daar zelf met GRIP over praten. En op de regelrechte aanval van coalitiepartner N-VA reageert ze verwonderd: “We hebben al beslist om het M-decreet aan te passen. Ik vind de timing van de kritiek van N-VA vreemd”.

Vanuit de oppositie noteren we een reactie van Elisabeth Meuleman van Groen. Zij vindt het idee om leerlingen weer sneller naar het buitengewoon onderwijs te sturen geen goed plan: “Het gebrek aan ondersteuning en de structurele onderfinanciering in het basisonderwijs los je niet op door segregatie opnieuw in te voeren. N-VA ontloopt haar verantwoordelijkheid met deze harde demarche”.

Caroline Gennez van sp.a wijst erop dat de problemen met het M-decreet er komen omdat er bespaard wordt op onderwijs en dat middelen voor individuele begeleiding van leerlingen werden afgeschaft. “De invoering van het decreet moest gepaard gaan met een grondige hervorming en investering”, stelt zij.

Niet afdingen op mensenrechten

Het debat wordt nu in de media gevoerd. Welke de concrete voorstellen zijn zal nog duidelijk moeten worden. Vanuit GRIP willen we er evenwel op wijzen dat inclusief onderwijs niet zomaar een pedagogisch project is dat men kan afvoeren eens politieke interesse of de modetrend wijzigt. Inclusief onderwijs is de weg die we moeten inslaan en doorzetten wanneer we gelijke rechten en inclusie van personen met een handicap ernstig nemen. Deze nieuwe kijk op handicap wordt uitgewerkt in het VN-Verdrag inzake de Rechten van Personen met een Handicap en zou eigenlijk niet ter discussie mogen staan. Of gaan we in dezelfde adem gelijke rechten voor vrouwen terug ter discussie stellen en het gemende onderwijs afvoeren? Terwijl we toch bezig zijn: het homohuwelijk terug roepen?

Inclusie waar maken is iets moois waar maken

Bij GRIP krijgen we vaak het verwijt dat we ons te extreem opstellen. Dat we 'revolutie' willen in plaats van 'evolutie'. In een interiew in De Morgen (zaterdag 14 april) stelde minister Crevits dat GRIP te veel 'pusht' voor volledige inclusie en zo er voor zorgen dat het draagvlak verdwijnt. Vooral als we ons uitspreken over de rol van het buitengewoon onderwijs wordt ons dit kwalijk genomen.

Te snel, te traag? We kunnen enkel aangeven dat GRIP 'verder kijkt'. We kijken verder naar waar we uiteindelijk moeten uitkomen. Bij vijf jaar, bij tien jaar, wie weet... bij dertig jaar. En daarvoor baseren we ons op het VN-Verdrag inzake de Rechten van Personen met een Handicap dat aangeeft dat het streefdoel een inclusief onderwijs systeem moet zijn. In recente richtlijnen van het VN-Comité (general comment, 2016) wordt ook heel duidelijk aangegeven dat er werk moet worden gemaakt van een inclusief onderwijssysteem en dat het in stand houden van twee gescheiden onderwijssystemen niet verenigbaar is met die verplichting. In die toekomst, als we verder kijken naar hoe inclusief onderwijs moet evolueren, is er dus geen plaats meer voor het buitengewoon onderwijs zoals we het nu kennen. Heel simpel omdat het leerlingen 'buiten' het gewoon onderwijs systeem plaatst en men vanuit mensenrechten aangeeft dat iederen zijn plaats krijgt 'in' de maatschappij. Er is wel nood aan speciaal onderwijs ('special needs education'). Wat het buitengewoon onderwijs nu aanbiedt op een aparte plaats, in aparte scholen moet dus evolueren naar een aanbod van ondersteuning en expertise binnen de gewone scholen. Daarom stellen wij dus dat het buitengewoon onderwijs op termijn moet verdwijnen. En wat is er mis aan vooruit kijken en duidelijkheid bieden op waar we op termijn naartoe moeten? Is het beter om over de olifant in de porseleinen kast te zwijgen dan? Deze hete aardappel door te schuiven naar een volgende minister van onderwijs?

Deze kijkwijze op de rol van het buitengewoon onderwijs hebben we begin 2017 reeds toegelicht in het artikel "Wat als... we nu eens werk zouden maken van één inclusief onderwijssysteem ?":

GRIP staat pal achter het VN-Verdrag wat betreft één inclusief onderwijssysteem. GRIP bedoelt daarmee evenwel niet dat het buitengewoon onderwijs van vandaag op morgen moet worden afgeschaft. Er is een stappenplan nodig om uiteindelijk binnen vijf, tien of misschien vijftien jaar uit te komen bij dit inclusief onderwijssysteem. We moeten wel in rechte lijn hier naartoe gaan, stappen vooruit zetten. Daarbij moeten gewoon en buitengewoon onderwijs samenvloeien. Het huidige buitengewoon onderwijs is duidelijk niet inclusief. Maar ook het huidige gewoon onderwijs is dit niet. Met andere woorden: ‘gewoon’ gewoon onderwijs is niet inclusief.

Om het nog anders uit te drukken. Wij willen niets afbreken, noch het gewoon onderwijs, noch het buitengewoon onderwijs. We roepen op om iets nieuws op te bouwen: een inclusief onderwijssysteem. 

 

 

If we move too fast,

we’ll break things.

If we move too slow,

we’ll miss things.

And if we don’t move

at all, we won’t see

things for how

beautiful

they truly are.

(r.m. drake)

 

 

Gerelateerde artikels

Verberg submenu