Minister Beke in De Zevende Dag
De uitzending van 8 maart 2020 riep veel bedenkingen op bij GRIP. We bezorgden ze aan De Zevende Dag, Ombudsman Tim Pauwels en de Diversiteitsdienst van de VRT.
Beste Zevende Dag, beste Ombudsman, beste Diversiteitsdienst van de VRT,
We zijn vanuit GRIP vzw erg teleurgesteld over de uitzending van zondag 8/3/2020 met Wouter Beke. Minister Beke kreeg het wel heel gemakkelijk, het element van recht op ondersteuning voor inclusie was afwezig en mensen met een handicap kregen niets of nauwelijks iets terug voor hun inbreng.
1. Minister Beke kreeg het wel heel gemakkelijk:
Wie naar de studio mocht komen kon een paar zinnen zeggen waarna de minister volop een nietszeggend antwoord kon geven, met cijfers goochelen, beloftes doen en voor de rest zelfs doen alsof er niets aan de hand is. Er was geen of nauwelijks kans op weerwoord, er was geen debat, de minister werd vanuit de journalisten niet het vuur aan de schenen gelegd.
Als we het opzet van de uitzending bekijken, dan gaat het over ‘concrete vragen beantwoorden’. Het minimum dat dan nog mag worden gegarandeerd is dat de minister de vragen ook concreet beantwoordt. Dit was nu niet het geval. Er werd rond de pot gedraaid en er werd niet op doorgevraagd, er werden geen conclusies getrokken dat er dus geen antwoorden zijn, etc.
Het resultaat was in feite dat een minister wiens beleid zeer sterk in vraag wordt gesteld een forum van 45 minuten kreeg en er eenvoudig van af kwam.
2. Het element van recht op ondersteuning voor inclusie was afwezig:
Bovendien gaat dit over een minister wiens beleid het recht op ondersteuning maar ook het recht op inclusie nog verder afzwakt. Enige duiding over die rechten is dan toch wel op zijn plaats.
We missen dan ook een verwijzing naar het VN-Verdrag inzake de Rechten van Personen met een Handicap en de noodzaak om te evolueren naar een inclusieve samenleving.
De vraag die we zelf instuurden over het recht op inclusie van kinderen, beargumenteerd vanuit cijfers over ongelijke wachttijden tussen persoonlijke assistentie enerzijds en een plaats in een internaat, bood daartoe nochtans ruim aanleiding.
Doordat elementen zoals inclusie, deïnstitutionalisering, persoonlijke assistentie, autonomie ontbraken en door de keuze van de andere vragen ademde de uitzending het bestaande overheersende discours uit: “er is meer geld nodig zodat personen met een handicap bij een collectieve instelling terecht kunnen”.
De inbreng van Veerle Ternier (door hervorming PVB dreigt ze haar huis kwijt te raken, naar een woonzorgcentrum te moeten verhuizen, te moeten stoppen met werken – ‘hoe kan je werken vanuit een woonzorgcentrum?!’) bood nog het meeste aanleiding om een ander geluid aan bod te brengen, maar werd niet verder benut.
We verwachten van de VRT en zeker een programma zoals De Zevende Dag ook een inbreng vanuit een inclusieve visie. Dit is enorm belangrijk voor een andere beeldvorming op personen met een handicap. De VRT en zeker een programma als de Zevende Dag heeft hier een verantwoordelijkheid.
Meer uitleg hierover vindt u in ons advies bij de beheersovereenkomst VRT, morgen voorgesteld in de Commissie Media van het Vlaams Parlement.
3. Mensen met een handicap kregen niets of nauwelijks iets terug voor hun inbreng:
Er werd opgeroepen om concrete vragen in te sturen voor Wouter Beke, en dit werd blijkbaar massaal gedaan door mensen. Ook verschillende vrijwilligers van GRIP stuurden een vraag in. Het gros van de vragen kwam echter niet aan bod en sommige mensen ontvingen zelfs geen antwoord op hun inzending.
In de aanpak van het programma zou het wellicht beter zijn geweest om niet zoveel mogelijk in 1 uitzending proberen te passen. Dan was er meer tijd geweest voor de mensen in de studio om replieken te geven, of voor de journalisten om tegenargumenten, cijfers, feiten in te brengen.
Met vriendelijke groeten,
GRIP vzw