Kritiek op decreet PVF vanuit Centrum voor gelijkheid van kansen

De Vlaamse Regering heeft het voorontwerp van decreet over persoonsvolgende financiering een eerste keer "principieel" goedgekeurd. Het Centrum voor gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding legde het decreet naast het VN-Verdrag en formuleerde daarop een kritisch advies.
Het is openbaar en te raadplegen op de website van het Centrum. Je kan het ook lezen via deze link.
Mensenrechtenbril
GRIP stelt vast dat de bedenkingen van het Centrum dicht aanleunen bij onze eigen bedenkingen. Dat is ook niet verwonderlijk, omdat zowel GRIP als het Centrum naar de plannen voor PVF hebben gekeken vanuit een rechtenbril.
Toen minister Vandeurzen dit voorjaar met zijn plannen rond PVF naar buiten kwam, reageerde GRIP hierop met een kritisch persbericht. Wat later maakten we een uitgebreidere nota als reactie. We maakten ons hiermee niet populair bij de minister.
Buiten enkele parlementsleden van de oppositie stond GRIP bijna alleen met haar kritiek. Opvallend was de positieve tot zeer positieve houding van andere middenveldorganisaties. Hierdoor kreeg GRIP de wind van voren. De minister kon zich ook beroepen op een breed draagvlak in de sector.
Wij hopen dat dit advies van het Centrum, vanuit een mensenrechtenbril én een juridisch bindend kader bekeken, aandachtig gelezen wordt door politiek en middenveld.
Hieronder vind je de eindconclusies van het advies:
Het Centrum toont zich globaal positief over het voornemen van de decreetgever om de ondersteuning van personen met een handicap steeds sterker vraaggestuurd te maken en om verdere inspanningen te leveren om bij te dragen tot maximale inclusie.
Het Centrum stelt zich vanuit het VN-verdrag echter nog vragen over de keuze voor een forfaitaire basisfinanciering die los staat van de concrete ondersteuningsnood.
Verder is het Centrum het oneens met de beleidskeuze om handicapspecifieke ondersteuning prioritair voor te behouden aan personen met de dringendste ondersteuningsnood, geoperationaliseerd als zijnde personen die niet of sterk onvoldoende kunnen terugvallen op intra-familiale, informele of reguliere netwerken. Mantelzorg dient op grond van het VN-verdrag waar nodig net ondersteund en aangevuld te worden.
Bovendien dient ondersteuning en de daartoe toegekende middelen de keuzevrijheid en het levensproject van personen met een handicap te schragen. Het is in dat opzicht vreemd vast te moeten stellen dat het advies van decreet niet toelaat dat omwille van de ondersteuningsnood toegekende middelen niet kunnen ingezet worden voor het financieren van andere dan handicapspecifieke en erkende ondersteuningsvormen.
Ten vierde laat het Centrum zich negatief uit over de beperkte rechtsbescherming en (individuele) inspraakkansen binnen de huidige processen van toewijzing van niet-rechtstreeks toegankelijke ondersteuning. Er is ons inziens nood aan meer transparantie en onafhankelijkheid binnen belangenbehartiging.
Ten slotte pleit het Centrum voor het maximaal vrijwaren van de bestedingsvrijheid van op basis van het ondersteuningsplan en de zorgzwaarte toegekende middelen. De flexibele overstap tussen een cash-budget en een voucher dient gevrijwaard te blijven. Het systeem van een voucher mag niet ambtshalve opgelegd worden.
Gerelateerde artikels









