GRIP vindt het onbegrijpelijk dat VAPH, minister Gennez en Vlaamse regering blijven procederen

“Stop met deze ongelijke strijd tegen mensen met een handicap die hun recht op een volwaardig persoonsvolgend budget verdedigen”
Waar gaat het over?
Experiment wordt terecht stopgezet: bravo
Het experiment met de halve budgetten, gepland door Wouter Beke, uitgevoerd door Hilde Crevits met steun van de vorige Vlaamse regering, is ten einde. De nieuwe minister van Welzijn Caroline Gennez heeft beslist dat alle mensen die betrokken waren bij het experiment hun volledige budget zullen krijgen. De vorige regering heeft haar handen gewassen in onschuld en heeft de mensen laten zitten met hun halve budget dat nochtans “tijdelijk” zou zijn. Minister Gennez heeft het moeten oplossen en ze heeft dit gedaan zodra dit mogelijk was. Dat siert haar.
Minister, regering en VAPH blijven echter experiment verdedigen
Maar deze onverkwikkelijke zaak heeft nog een venijnig staartje. Vakminister Gennez blijft samen met de Vlaamse regering en het VAPH voor de rechtbank verdedigen dat het experiment wél oke is. Dit terwijl de Vooruit-fractie in het parlement tijdens de vorige legislatuur vanuit de oppositie terecht het experiment altijd heeft veroordeeld en stelde dat de uitspraken van de arbeidsrechtbanken waarin werd geoordeeld dat het ongrondwettelijk was, serieus genomen moesten worden.
Juridisch kluwen
In het najaar van vorig jaar gaf het Arbeidshof Gent twee mensen met een handicap gelijk: de respectievelijke arbeidsrechtbanken hadden gelijk gehad, het experiment was ongrondwettelijk. Twee weken geleden bleek dat minister, VAPH en Vlaamse regering naar Cassatie trekken in de zaak van Sari.
Ze aanvaardden de uitspraak van het Arbeidshof Gent niet dat het experiment ongrondwettelijk zou zijn. Ook in de andere zaak tekende de overheid beroep aan bij Cassatie.
Vorige week oordeelde het Arbeidshof Antwerpen dan weer in het dossier van Glenn dat de overheid wél gelijk heeft. In parlementaire debatten kan je wel eens horen dat het simpelweg de ene stem tegen de andere is en dat het goed is dat de minister naar het Hof van Cassatie trekt. Cassatie moet dus maar uitmaken hoe het zit. Zo simpel is het natuurlijk niet.
Kwaliteit van de rechtspraak
Ten eerste mag de kwaliteit van de uitspraak van het Arbeidshof Antwerpen wel eens goed bekeken worden. Eerste signalen die we hierover kregen waren toch bedenkelijk. De rechter van het Arbeidshof zou in twijfel trekken dat de persoon naar de arbeidsrechtbank had mogen gaan. Geen enkele andere rechter heeft dit in vraag gesteld. De mogelijkheid om naar de arbeidsrechtbank te gaan, staat in de brief van het VAPH. Men kan zich verder ook afvragen of het Arbeidshof voldoende rekening heeft gehouden met de relevante uitspraken van de Raad van State.
Ongelijke strijd
Ten tweede lijkt ons dit een voorbeeld van klassenjustitie, waarbij de overheid in een veel machtigere positie staat dan de persoon met een handicap. Hoe verder minister, regering en VAPH gaan in deze strijd, hoe ongelijker de wapens waarmee gestreden wordt. Om alleen maar even het financiële plaatje te benoemen: ministers en agentschappen procederen met belastinggeld, personen met een handicap en hun gezin met eigen en beperkte middelen. Ook de mentale belasting is enorm voor de persoon en zijn of haar gezin. Om nog maar niet te spreken over de tijd en energie die de gezinnen in het procederen moeten steken en die ze in de eerste plaats nodig hebben voor de dagelijkse uitdagingen om hun kind met een handicap een menswaardig leven te laten leiden. Daarom zeggen de ouders van Sari ook dat ze het harteloos vinden.
Conclusie
We moeten dan ook concluderen dat deze ongelijke juridische strijd beslecht wordt door uitputting van de zwakste partij: de persoon met een handicap. Glenn en zijn ouders zien het niet meer zitten om naar Cassatie te gaan tegen de beslissing van het Arbeidshof Antwerpen. En dus is er in de zaak van Glenn een definitief vonnis OMDAT een van de partijen uit zelfbescherming niet verder kan procederen.
Lezen we in dat vonnis dan de waarheid over het experiment? Voor GRIP is het vooral duidelijk dat de partij in de sterkste positie hier wint. Hier geldt dus niet het recht op ondersteuning maar wel het recht van de sterkste. En de sterkste is hier duidelijk niet de persoon in een kwetsbare positie.
Wat vindt GRIP?
Vanuit GRIP staan we met open mond te kijken hoe ver men hierin gaat. Dit is een juridische strijd die de overheid blijft voeren tegen mensen in een zeer kwetsbare positie. Een heel ongelijke strijd, al van in het begin. Hoe kunnen we dit anders zien dan als een voorbeeld van klassenjustitie waarbij de overheid in een veel betere positie staat dan de persoon met een handicap?
Bovendien kunnen we dit niet rijmen met een uitspraak van de minister, die eerder zei dat ze niet de minister wil zijn van de gerechtelijke procedures, en dat het niet goed is dat overheid, organisaties en burgers tegenover elkaar staan in een juridische strijd.
Overheid moet geld gebruiken voor zorg en ondersteuning, niet om te procederen
Het argument dat er veel geld zou moeten worden betaald worden om retroactief budgetten terug te betalen, gaat niet op. Het gaat maar over een handvol mensen die momenteel in de procedures gegijzeld zitten. Het gaat enkel over facturen voor zorg en ondersteuning die het VAPH goedkeurde. Deze individuele zaken zijn niet te vergelijken met de zaak van de actualisering waarin het Besluit van de Vlaamse regering zelf werd aangevochten.
We schatten bovendien in dat de overheid ondertussen al meer heeft geïnvesteerd in de beroepsprocedures, dan de paar tienduizenden euros PVB die het VAPH aan goedgekeurde facturen voor zorg en ondersteuning zou moeten betalen. Minister, VAPH en Vlaamse regering beslisten om telkens in beroep te gaan en om tegen de uitspraken van het Arbeidshof Gent naar Cassatie te trekken.
Dit alles gebeurt met belastingsgeld van burgers. Ook mensen met een handicap en hun gezinnen betalen belastingen. Ook hun belastinggeld wordt gebruikt om een experiment te verdedigen dat herhaaldelijk als ongrondwettelijk werd beoordeeld. Het is te gek voor woorden. Terecht blijven parlementsleden uit de oppositie dit bekritiseren. Politieke partijen zouden ook best bij hun principes blijven als ze na een legislatuurswissel op de regeringsbanken komen.
GRIP roept VAPH, minister Gennez en de Vlaamse regering dan ook nogmaals op om de beroepsprocedures tegen mensen die maar een half budget kregen eindelijk stop te zetten.
Gerelateerde artikels









