Als de Raad van State een regering “terugfluit”, mag je dat letterlijk nemen.

De Raad van State vond de verminderingen van persoonsvolgende budgetten ongrondwettelijk. Hoe heeft de regering dit moeten rechtzetten?
Wat vind je in dit artikel?
Op 8 januari 2024 werd de regering teruggefloten omwille van de ‘actualisering’. Er is intussen heel wat tijd verstreken sinds die uitspraak. Wat heeft de regering intussen gedaan om de beslissing van de Raad van State op te volgen?
In dit artikel leggen we uit wat het gevolg is als de Raad van State artikelen uit een Besluit van de Vlaamse Regering vernietigt. Na zo’n uitspraak is er immers actie nodig van de regering en haar overheidsinstanties. Die moeten zo goed mogelijk herstellen wat ze hebben veroorzaakt door hun maatregel.
Als voorbeeld geven we een overzicht van wat de regering heeft moeten doen toen ze door de Raad van State omwille van de ‘actualisering’ werd teruggefloten.
Het recht op ondersteuning en haar verankering in wetgeving
Al jaren bestudeert GRIP het recht op ondersteuning van personen met een handicap. Daarbij bekijken we natuurlijk ook in welke mate dat recht in onze wetgeving verankerd is. Rechten worden immers pas gerealiseerd als ze in wetgeving en regelgeving worden gegoten. Dat werkt ook omgekeerd: wat er in regelgeving staat, kan niet zo gemakkelijk meer worden afgebroken.
Met de actualisering probeerde de regering het recht op ondersteuning te verzwakken. De Vlaamse Regering had een nieuwe methode voor budgetbepaling toegepast op 1000-den mensen op de wachtlijst. Deze mensen hadden na een inschaling van hun ondersteuningsnood een budgethoogte toegekend / beloofd gekregen en waren in afwachting om die ook te krijgen. De regering veranderde het systeem van budgetcategorieën. De nieuwe budgetcategorieën werden niet alleen op de nieuwe aanvragen toegepast, maar ook op de mensen die dus al met de oudere methode een budgethoogte hadden gekregen, maar nog stonden te wachten op hun budget. De nieuwe budgetmethode zorgde voor de meeste mensen voor (grote) verminderingen van hun budget. Als ze dus na jaren wachten een budget zouden krijgen, zou dat veel lager zijn dan hen was beloofd en was ingeschat met de oude methode. Velen getuigden dat de nieuwe budgethoogte lang niet genoeg was om hun ondersteuning bekostigd te krijgen.
GRIP vocht dit samen met enkele getroffen burgers, aan. Omdat de actualisering in een Besluit van de Vlaamse Regering (BVR) was gegoten, moesten we naar de Raad van State stappen binnen een termijn van 60 dagen na publicatie van het BVR in het Belgisch Staatsblad. Concreet vroegen we aan de Raad van State om de actualisering te ‘vernietigen’ wegens een schending van de Grondwet. Zo’n vernietiging heeft tot gevolg dat de maatregel in kwestie wordt geschrapt alsof ze nooit zou hebben bestaan. Het is dan aan de regering om de gevolgen daarvan op te vangen en de situatie recht te zetten voor alle getroffen personen.
Het standstill-beginsel
Om deze schending van het recht op ondersteuning aan te vechten, deden we beroep op het standstill-beginsel. Dat is een uitermate belangrijk principe in onze grondwet dat de sociale rechten verdedigt die doorheen onze geschiedenis verworven zijn, vaak met heel wat strijd. Als mensenrechtenorganisatie informeert en sensibiliseert GRIP onder meer over deze principes in onze wetgeving die ook de rechten van personen met een handicap beschermen.
Eerder dit jaar publiceerde GRIP een onderzoeksartikel over het standstill-beginsel. Je kan dat hier lezen
Situatie zo herstellen alsof de maatregel nooit had bestaan
In dat onderzoeksartikel leggen we uit waarom de Raad van State oordeelde dat de actualisering indruiste tegen het standstill-beginsel. De artikelen uit de bewuste regelgeving werden dus vernietigd. Het was alsof de maatregel nooit had bestaan… en dat mag je vrij letterlijk nemen: de regering moest de situatie zo rechtzetten alsof de maatregel nooit had bestaan.
Daardoor moest de regering aan de mensen die een veranderd budget hadden gekregen, toch het budget geven dat hun oorspronkelijk was beloofd; ook aan hen van wie het budget door de actualisering was verminderd. Het verlies dat ze hadden geleden werd bijgepast. Voor wie nog op de wachtlijst stond met een verlaagd budget, werd de budgethoogte weer opgetrokken tot het oorspronkelijke bedrag. Als ze hun budget ter beschikking gesteld krijgen, zal dat het oorspronkelijk beloofde bedrag zijn.
Informatie op de website van het VAPH
Hieronder geven we de informatie weer van de overheid zelf over hoe de regering de uitspraak van de Raad van State moest uitvoeren. Je vindt die terug in dit webartikel van 9 februari 2024 op de website van het VAPH
Concretisering arrest Raad van State over persoonsvolgende budgetten voor personen met een handicap
De Raad van State besliste begin januari dat de laatste correctiefase om alle gebruikers met een persoonsvolgend budget met een gelijke zorgnood een gelijk budget te geven, gedeeltelijk niet correct was. In navolging daarvan besliste de Vlaamse Regering om de nodige budgetten vrij te maken. De voorbije weken is er gewerkt aan de praktische regelingen om de betrokken personen de nodige budgetten te bezorgen. De betrokkenen zullen persoonlijk op de hoogte gebracht worden door het VAPH in de loop van februari en maart.
De nieuwe budgetbepaling voor persoonsvolgende budgetten zelf blijft overeind. De uitspraak van de Raad van State is enkel van toepassing op budgetten van de mensen met een aanvraag van voor 17 maart 2020, of die van de mensen die al voor de invoering van de persoonsvolgende financiering op de wachtlijst stonden. Wie later een aanvraag indiende, wordt sowieso gevat door de nieuwe methode voor budgetbepaling.
Vanaf eind februari zullen de persoonsvolgende budgetten van de mensen die hun budget door de actualisering zagen dalen, automatisch worden verhoogd tot hun oorspronkelijk toegewezen budget. Ook wie een geactualiseerd lager deelbudget (prioriteitengroep 2) kreeg, zal een aangepast deelbudget krijgen op basis van de helft van de meervraag van dat oorspronkelijk toegewezen budget. Het VAPH brengt alle betrokken budgethouders daarvan op de hoogte. De aangepaste budgetten zullen met terugwerkende kracht ter beschikking gesteld worden vanaf 1 januari 2024
Retroactief
De Raad van State besliste dat de budgetten ook retroactief in orde gebracht moesten worden. Normaal gezien moeten de nodige facturen voorgelegd kunnen worden om de budgetten te verantwoorden. De minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin heeft beslist om dat niet te vragen omdat niet alle betrokken personen de nodige verantwoording nog kunnen bezorgen voor het verleden. Ze zullen het bedrag krijgen dat ze te weinig ontvangen zouden hebben, zonder verantwoording te moeten afleggen.
Mensen die door de nieuwe berekening meer kregen, zullen hun budget niet zien dalen. Ook in de toekomst blijven ze dat hogere budget volgens de nieuwe budgetcategorieën behouden.
Beheerskosten
De Raad van State vernietigde ook de regelgeving die aan de basis ligt van de daling van de beheerskosten. Dat is een percentage dat budgethouders - als ze hun budget inzetten als cash en dus zelf hun budget beheren - boven op hun budget krijgen voor het administratieve beheer. Dat percentage daalde in 2021 van 11,94 % naar 10,35 %. De betrokken personen zullen ook het verschil van het percentage ontvangen.
Wat vindt GRIP?
Na de uitspraak van de Raad van State werd er dus actie vereist van de regering. GRIP is tevreden over de oplossingen die zijn geboden na die uitspraak. GRIP vindt dat de Vlaamse Regering, op initiatief van minister Hilde Crevits, op een gepaste manier het arrest van de Raad van State heeft opgevolgd. Maar natuurlijk kan men best in de toekomst vermijden dat het tot een rechtszaak moet komen. Het is daarom belangrijk dat de regering in al haar beslissingen de grondrechten respecteert, in het bijzonder de standstill-verplichting uit artikel 23 van de Grondwet.
Gerelateerde artikels









