Draagt de wachtlijst bij aan ondraaglijk lijden?
Groot dossier in De Standaard met getuigenissen. Belang van ondersteuning voor wachtenden overduidelijk.
We zijn halfweg de legislatuur. Wouter Beke is afgetreden, Hilde Crevits heeft zijn plaats als minister van Welzijn ingenomen. In De Standaard verschijnt op 11 juni 2022 een groot dossier over de wachtlijsten. Dit naar aanleiding van het Zorginvesteringsplan dat minister Beke maakte en in gang zette en dat minister Crevits wellicht verder zal uitvoeren.
Door het Zorginvesteringsplan hebben tweeduizend mensen in prioriteitengroep 1 een budget. Dat is goed. Door het Zorginvesteringsplan staan echter ook alle (meer dan 15.000) mensen in prioriteitengroep 2 en 3 voorlopig nog steeds zonder perspectief om hun beloofde budget te krijgen op de wachtlijst. Dat is verschrikkelijk en onaanvaardbaar.
Op geregelde tijden hoor je sommige beleidsmakers stellen dat je de wachtlijst in prioriteitengroep 3 toch moet relativeren. Is dat zo? Zijn de ondersteuningsnoden van mensen in prioriteitengroepen 2 en 3 niet zo dringend? Kunnen zij nog wel even wachten?
En wat zijn de gevolgen van zo lang geparkeerd te worden op een wachtlijst? Is er een verband tussen het hoge aantal euthanasie-aanvragen van personen met een handicap (en in het bijzonder mensen met autisme) en een jarenlang tekort aan ondersteuning / de perspectiefloze wachtlijsten?
Over die vragen boog Filip Rogiers, een journalist van De Standaard, zich. De getuigenissen van en over personen met autisme die hij optekende, spreken voor zich.
Lees het artikel “Leven met een handicap in Vlaanderen – wachten op Godot”
Wat vindt GRIP?
Om je minder valide bij te voelen.
Het is onwettelijk en onethisch om personen met een handicap zonder perspectief de toegang tot ondersteuning te onthouden. Er zijn ook geen excuses voor, ons land is rijk genoeg. Ondersteuning lost niet alles op. Maar het kan wel een groot verschil maken in individuele situaties.
Personen met een handicap blijven tweederangsburgers als politici niet de nodige budgetten vrijmaken om hun recht op ondersteuning te vrijwaren. Men kan nog zo vaak sussen dat het nu eenmaal niet anders kan, dat er schaarste is, dat mensen met een handicap die naast het net vissen begripvol moeten zijn omdat de situatie van andere personen met een handicap ‘schrijnender’ was.
Hiermee zet men je rechten op een lager niveau. Ze doen er minder toe. Jouw noden zijn minder belangrijk. Het tast de waardigheid van personen met een handicap aan. Het is om je minder waard / minder valide bij te voelen. De wachtlijsten zijn een gevolg van te weinig investeringen in persoonsvolgende budgetten van personen met een handicap. Het is een politieke keuze. Het is een kwestie van prioriteiten.
Verkeerde logica
De politiek doet haar werk niet goed. Er wordt wel erkend dat je recht hebt op een persoonsvolgend budget maar vervolgens laat men je zonder perspectief op de wachtlijst staan. De regering maakt te weinig budget vrij om de rechten die ze zelf erkent ook te realiseren. Vervolgens worden er keuzes gemaakt om het te kleine budget te verdelen onder de mensen die een erkende ondersteuningsnood hebben en die in aanmerking komen voor een persoonsvolgend budget. Binnen die logica van verdeling van de “schaarste” bevinden de huidige beleidspistes zich. Hoe gaan we de schaarse middelen verdelen? Wie krijgt wel, wie niet, wie krijgt meer, wie minder? Deze logica staat haaks op een mensenrechtenlogica. Ook het Zorginvesteringsplan bevindt zich echter in dit kader.
Met dit Zorginvesteringsplan koos ex-minister Wouter Beke ervoor om een sterke inhaalbeweging te maken in de wachtlijst binnen prioriteitengroep 2 en de mensen in prioriteitengroepen 2 en 3 zonder perspectief te laten. Hiermee worden de rechten van de mensen in prioriteitengroepen 2 en 3 compleet genegeerd, schreven we al in een artikel op onze website.
Lees het artikel "Wouter Beke negeert de rechten van mensen in prioriteitengroepen 2 en 3".
Ondertussen worden de wachttijden daar langer, stelden we vast na een eigen analyse van de cijfers.
Lees het artikel "Verbetering in wachtlijst nog niet vast te stellen"
Eigen wetgeving onderuithalen
Stafmedewerker van GRIP Katrijn Ruts ging hier in een opiniestuk op www.dewereldmorgen.be verder op in.
Lees het opiniestuk "Beke en handicap: van de regen in de f(l)op"
Minister Beke gaat een brug te ver, stelt zij. Hij haalt de eigen principes en systemen van de persoonsvolgende financiering nog verder onderuit. Hij stuurt aan op deelbudgetten voor de mensen in prioriteitengroep 2 en zoekt naar manieren om mensen in prioriteitengroep 3 met rechtstreeks toegankelijke hulp genoegen te laten nemen. Nochtans hebben al deze mensen de procedures doorlopen, op basis van een inschaling een budgethoogte toegekend gekregen (allemaal volgens de wetgeving van de persoonsvolgende financiering) en moet er nog maar 1 ding gebeuren: hen asap hun budget uitkeren. Zou dit in feite niet met terugwerkende kracht moeten als compensatie voor de wachtjaren?
Er gaat ondertussen steeds meer overheidsbudget, bedoeld voor ondersteuning van personen met een handicap, naar de diensten rechtstreeks toegankelijke hulp. Die diensten worden net zoals pakweg thuiszorgorganisaties rechtstreeks, aanbodsgestuurd dus, gefinancierd om een aanbod te doen. Dat is iets anders dan dat mensen zelf een eigen budget krijgen en het kunnen inzetten volgens hun keuzes (principe zelfregie). De diensten kiezen zelf uit de aanvragers (die géén erkenning handicap moeten hebben) wie ze helpen. Het gaat over beperkte ondersteuning.
We stellen niet dat voor sommige mensen de ondersteuning die ze krijgen vanuit een dienst rechtstreeks toegankelijke hulp niet van betekenis is. Maar de rechtstreeks toegankelijke hulp is een doekje voor het bloeden voor wie op de wachtlijst staat voor een persoonsvolgend budget, hoor je ook in de wandelgangen. Dat is logisch. In het opzet van het tweetrappensysteem van de persoonsvolgende financiering is het bedoeld voor mensen met een lagere ondersteuningsnood die zelfs geen erkenning van handicap moesten hebben. Een totaal andere groep dus. Toch wordt er steeds meer nadruk gelegd op het belang van de rechtstreeks toegankelijke hulp.
Blik op de toekomst
Ook de nieuwe minister van Welzijn Hilde Crevits in een reactie aan de journalist, over de thematiek van het hoge aantal euthanasie-aanvragen van mensen met autisme naar de rechtstreeks toegankelijke hulp. Zouden de getuigen in het dossier van De Standaard met rechtstreeks toegankelijke hulp de ondersteuning hebben kunnen organiseren die ze nodig hadden? Het wordt hen in het artikel niet voorgelegd, maar wij betwijfelen het.
We blijven het herhalen: je kan de noden niet wegcijferen. Als je echte problemen niet aanpakt, komen ze als een boomerang terug. Het tekort aan ondersteuning heeft op tal van vlakken nefaste gevolgen. Of draagt bij aan de verscherping van bestaande moeilijkheden. Het vergroot de kloof tussen individu en samenleving, een kloof die met de juiste ondersteuning nochtans vaak verkleinen.
Scherper dan in dit artikel van Filip Rogiers kan het wellicht niet gesteld worden. Elke euthanasie-aanvraag is anders. Wij doen hierover geen grote uitspraken. Toch is het duidelijk dat het jarenlange tekort aan ondersteuning en het gebrek aan duidelijkheid en perspectief heel negatieve gevolgen heeft voor het welzijn van mensen. Laat ons wel wezen: is het beleidsdomein “Welzijn” die naam nog wel waardig?
Op tijd en stond wordt er gezegd dat er een maatschappelijk debat nodig is. GRIP stelt dat er geen debat meer nodig is. Ons land heeft 13 jaar geleden het VN-Verdrag inzake de Rechten van Personen met een Handicap geratificeerd. We zijn op de vingers getikt door het VN-Comité in Genève en door Europa.
Het is duidelijk wat er moet gebeuren, maar het gebeurt niet. Beleidsorganen blijven vergaderen, bilateraal overleg tussen organisaties en het kabinet blijft doorgaan, elke vijf jaar voor de verkiezingen wordt er een betoging georganiseerd en ondertussen verandert er au fond niets. Wie heeft de macht om hier iets aan te veranderen? Wie zet een kentering in?