De lessen starten op 1 september 2020. Mijn kind behoort tot een risicogroep. Kan mijn kind naar school?
1 september 2020
Het begin van het schooljaar is in zicht en de scenario’s voor de opstart van het schooljaar geraken bekend. Maar wat met leerlingen die tot de risicogroep behoren of kinderen met gezinsleden die tot de risicogroep behoren?
Sciensano publiceerde een overzicht van aandoeningen waarbij een verhoogd gezondheidsrisico is bij besmetting door COVID-19.
Vragen van ouders
We ontvingen verschillende vragen van ouders van kinderen met een handicap:
- Zal onze zoon/dochter op 1 september kunnen starten?
- Hoe dient de school dat te organiseren?
- Wat wordt er van ons verwacht?
- Zal het veilig genoeg zijn?
Antwoord kabinet minister van Onderwijs en Vorming
We gaven deze vragen door aan het kabinet van de minister van Onderwijs en Vorming Ben Weyts en ontvingen het volgende antwoord:
'Kinderen die om medische redenen tot de risicogroep behoren of kinderen met gezinsleden die tot de risicogroep behoren zijn voor minister Weyts steeds een prioriteit geweest. Bij de heropstart op 1 september wil de minister meer dan ooit het recht op leren voorop zetten. Net daarom hebben we ingezet op een veilige maar voldoende brede heropening van de scholen.
Voor kinderen uit een risicogroep is een hele mooie regeling uitgewerkt. Heel belangrijk voor hen is dat ze hun behandelende arts betrekken. Elk kind is uniek en het is onmogelijk om vanuit de minister van onderwijs te zeggen wie wel en wie niet kan komen. Daarvoor is medische expertise nodig. Wanneer de dokter oordeelt dat het niet veilig is, kan die een afwezigheid dan ook attesteren, wat opnieuw heel erg belangrijk is voor de school. Op die manier willen we vermijden dat mensen uit angst of onwetendheid toch de kinderen thuishouden terwijl dat helemaal niet nodig is.
Voor de leerlingen die niet naar school kunnen, wordt in afstandsonderwijs voorzien. Daarvoor zetten we in op minstens twee sporen. Enerzijds vragen we aan de school om in afstandsonderwijs te voorzien, maar tegelijk versterken we ook het synchroon Internetonderwijs via bednet.
In elk geval willen we benadrukken dat het niet de bedoeling kan zijn dat kinderen nog langer verstoken blijven van enig onderwijs. Daar waar de coronacrisis in het voorjaar vele scholen heeft verrast, zijn we nu als onderwijsveld beter voorbereid.
We beseffen dat er heel wat bezorgdheden zijn en daarom heeft de onderwijsadministratie ook een heel toegankelijk overzicht gemaakt met vaak gestelde vragen (FAQ). Er is voorzien in een pagina speciaal voor ouders en leerlingen.'
Wat vindt GRIP?
- risicoleerlingen die door corona niet fysiek naar school kunnen
Afstandsonderwijs zal op termijn voor deze leerlingen onvoldoende zijn. Thuisbegeleiding zou een grote meerwaarde kunnen betekenen voor deze leerlingen. Het beleidsdomein Onderwijs en Vorming heeft om de scholen te ondersteunen in het afstandsonderwijs reeds een overzicht gemaakt met organisaties en initiatieven die hierin kunnen ondersteunen. Maar ook de uitleg van de leerkracht is belangrijk.
GRIP vindt dat:
- tijdelijk onderwijs aan huis moet kunnen zonder dat de leerling eerst 21 dagen afwezig is;
- er intensief samengewerkt dient te worden met Bednet om lessen te kunnen volgen vanop afstand.
- recht op redelijke aanpassingen ook tijdens coronatijden
Scholen zijn in volle verandering door de coronamaatregelen en dat is niet eenvoudig. Maar dit mag geen excuus zijn om de leerlingen met extra ondersteuningsnood aan de kant te schuiven omdat ze extra maatregelen nodig hebben om hun drempels die ze door hun handicap ondervinden te overwinnen. Leerlingen met extra ondersteuningsnood hebben ook tijdens coronatijden recht op redelijke aanpassingen. Deze redelijke aanpassingen kunnen zelfs verschillend zijn dan voor de coronacrisis omdat de context gewijzigd is.
Een persoonlijke assistent is voor sommige leerlingen van cruciaal belang om de lessen te kunnen volgen en vallen onder redelijke aanpassingen. We hopen dat scholen dit niet zien als een extra risico en de leerling de toegang tot de school hierdoor weigeren. Persoonlijke assistenten vallen namelijk onder 'essentiële derden'.
GRIP vindt dat:
- scholen de noodzakelijkheid en het recht van redelijke aanpassingen niet uit het oog mogen verliezen.
Meer info
Ook Steunpunt voor Inclusie houdt de vinger aan de pols: